Sense-of-Property, als projectie van de zelfbehoudsdrang. De schijn-assimilatie tussen de bezitter en zijn bezit werkt zo sterk, dat de beroving van een stuk fortuin als een amputatie wordt gevoeld. Ieder, ook de vrijgevigste, kan dat in zich zelf naspeuren. Mensen geven hun leven in de verdediging van hun bezit. De rijke boer verlangt voor zijn zoon een even rijke vrouw, niet omdat de dubbele rijkdom nodig is, maar omdat de dubbele distinctie zijn gevoel van recht en billijkheid bevredigt.
Alleen omdat het Bezit iemand voortdurend is aan te zien, hem dus in waarheid aanzienlijk maakt, en niet het genie en niet de zedelijke uitnemendheid, noch enige geestelijke gave, ontkomt niemand aan het jagen naar bezit, daar in ieder de Distinctiedrift is als een nimmer aflatende dorst, niet minder wezenlijk omdat ze niet wordt geconstateerd. Alle gemis dat de arme kunstenaar in mondain gezelschap diep rampzalig maakt, zodat hij als Balzacs Lucien laagheden zou willen doen, om het aan te vullen, wortelt in Bezit, alles dat de uitnemende redenaar tegenover een zogenaamd uitgelezen publiek met onhandigheid slaat, wortelt in Bezit: de schaamte om zijn ‘ready made clothes’, om zijn ‘nocud tout fait’, of wel om de aanwezigheid van zijn tante, die met zeep vent en verder het braafste mens ter wereld is.
‘What is the use of my calling the boy Ernest and getting him christened with water from the Jordan, if his own father does not know a cock from a hen-obster.’1
Inderdaad! Men lacht om de ‘futiliteit’ maar het complex van deze futiliteiten vormt de ritus der ‘réligion de Ia Fortune’ die de wereld beheerst, tegenover de ‘réligion de la Justice’ met de naam Ernest en het Jordaanwater als symbolen, een machteloze, bloedeloze hersenschim. Het meisje in Galsw'or-thy’s Patrician trouwt tenslotte met haar imbeciele neef, die aan honden en paarden doet en laat de geniale Courtier lopen, aan wie ze zich toch zedelijk en intellectueel bevredigt. De band tussen mensen die ‘a cock from a hen-lobster kennen’ schijnt inderdaad intiemer dan die tussen mensen die ‘samen
«7
1
Samuel Butler: The Way of all Flcsh.