Maar zolang men wiskundige aanleg identisch blijft stellen aan intelligentie, zolang zal de vraag ‘waar blijven de knappe kinderen?’ het karakter van een verzuchting moeten dragen. De ‘knapheid’, die in het later leven gewaardeerd wordt als intelligentie, wijst in de meeste gevallen meer op ‘taalkundige’ begaving terug.
Instinctief kent men inmiddels aan het ‘taalgevoel’ die hogere waarde toch wel toe, daar men immers in de literatuur van alle landen een tekort aan beschaving en zogeheten cultuur altijd in stumperig en verkeerd taalgebruik, nooit in het onvermogen, om nauwkeurig te rekenen, tot uitdrukking laat komen. De vrouw uit het volk, die schrijft ‘dar mij sonje hoofdpein en hou ik hem mar thuiz’ kent de vier hoofdbewerkingen der rekenkunde zonder haperen. Deze dienen haar in het verkeer met de kruidenier en de kennis ervan behoedt haar tegen schade. Maar wat heeft ze met de taal te maken? Zoontje, hoofdpijn, thuis is alles wat ze nodig heeft. De rest is vage heugenis aan het op school geleerde en wordt dan ook steeds op de meest hopeloze wijze door elkaar gehaspeld.
Belangstelling voor de taal duidt op belangstelling voor de gedachte, op zin voor het logische, voor fijne onderscheidingen. Enerzijds uit zich deze in een consciëntieus gebruik van de tekens der taalcode, opdat de lezer nauwkeurig wete, wat er zich in de auteur (wijsgeer of dichter) afspeelt; anderzijds uit ze zich in een richtig, doordacht gebruik van nog levende beeld-sprakige woorden en zegswijzen, opdat, wat daarin zelf reeds iets uitdrukt, als zodanig tot zijn recht kan komen. De voor deze dingen vatbare zal dus zeggen: ‘Een cursus volgen’ maar niet ‘een school volgen’. In ‘cursus’ (cours) leeft nog de gedachte aan lopen, wat loopt, laat zich volgen, niet dus een school. Voor de onnadenkende echter is dit volgen afgestompt tot ‘bezoeken’, zoals in ‘Mevr. v. B. zal zo vrij zijn’ en in ‘Onze reiziger zal U met een bezoek vereren’, de uitdrukkingen ‘zo vrij zijn’ en ‘met een bezoek vereren’ zijn afgestompt tot de cliché-uitdrukking van een voornemen. ‘Een school volgen’ staat daarmee feitelijk op één lijn. En men kan dit dagelijks horen en lezen van beschaafden en ontwikkelden.
In ‘uw gastvrije woning’ is ‘woning’ gepersonifieerd en als
8: