manier, dat in het vervolg de omschrijving bespaart en waarvan ik durf garanderen, dat het in korte tijd even samenvattend, veelbeduidend en ‘onvertaalbaar’ zal zijn als... Meeren-berg! Maar waartoe? Elk, die veel vertaalt, bemerkt, dat hij soms het saamgevatte uitleggen moet, soms het uitgelegde saam-vatten kan, hier een woordspeling wint, daar een woordspeling verliest. Maar het wezenlijk geestelijk bezit hangt niet aan bepaalde woorden en niet aan de aardigste woordspeling ook.
Wat onderscheidt ze dan, in hun praten, dat ‘het Griekse woord alleen de Griekse geest uitdrukken kan’ van de krank-zinnigenverplcegster met haar ‘zwieziet’, de chirurg met zijn ‘crepiteren’ en de heer Sartorius die gechoqueerd was en bleef om die Apollinaris-kerk? Van Nicht Naatje, de onsterfelijke, die van ‘Anno libertatis Batavx’ getuigde dat het zo vies stond’’: Ook juffrouw Laps mag hier niet ontbreken: ‘Ik zeg maar Ivrristiss, want zo heet de Heer’. Ten behoeve van deze en dergelijke lieden heeft Swift zijn bisschop, zijn staatsman, zijn rechter als pakken kleren beschreven. Neem zoveel ellen zwart satijn, neem zoveel duimen paars fluweel... Ze begrijpen van ‘verhevenheid’ slechts het zitten op heuvelen, van diepzinnigheid de nageaapte dialoogvorm, en hun beschaafde geleerdheid luchten ze in het elkaar toespreken met ‘Vriend’ en aanplakken van klassieke namen. Niet alleen voor het essentiële in deze aangelegenheid zijn ze gesloten, doch het ontgaat ze zelfs, dat in het bijzonder het Grieks sinds lang niet meer bestaat, doch alleen een traditie ten opzichte van de betekenis der woorden van een bepaalde vocabulaire. Geldt het immers een levende taal, dan kan men de door anderen ontvangen kennis daarvan voortdurend toetsen aan het geschreven en gesproken woord, bij een dode taal ontbreekt ieder controlemiddel. Hier is alles overlevering en welke, uit welke handen! Pennewip en Pecksniff, Tartuffe en George Pontifex, alles heeft eeuwenlang op dat ene bot gekloven. ‘Ohwha tanas saiam’1 liet de olijke Japanner zijn
i. ‘Oh what an ass I am.’ Vergelijk ook dit mysterieuze grafschrift: ‘Toet-Ank-Amen atli everas perges assu rea ugur kenh vfra tse vans morgusto saves’ (Toet-ank-amen at liever asperges as sure augurken, hy frat se van smorgus tö saves).
171