Hedendaags fetisjisme

Titel
Hedendaags fetisjisme

Jaar
1980

Pagina's
253



ming op deze humanistische grondslag, dan beseft men, hoe alleen in zo’n geval de onderzoeker tegenover althans enigszins zuivere taalprocessen zou staan. Maar ze is, gelijk gezegd, onmogelijk en als steeds en overal, trad ook daar en toen het aristocratisch nationalisme regelend en grensbepalend op.

Welk criterium gaf bij dit kiezen en schiften de doorslag?

‘Le bon usage’, decreteert Vaugelas, in navolging van Mal-herbe. ‘Même 1’analogie et le raisonnement y sont réduits.’ En wat is ‘bon usage’? ‘C’est la fafon de parler de la plus saine partie de la cour, conformément a la fa^on d’écrire de Ia plus saine partie des auteurs du temps.’ En wat zijn ‘les plus saines parties’? ‘Ce seront celles en qui I’on ne trouve point tracé de provincialisme ou de langage technique.’ Op welk een ongezochte manier komt hier de opvatting van ‘hon-nêtes gens’ tot uiting. Waar alzo elk taalwetenschappelijk beginsel werd ter zijde gelaten, en de schifting der woorden volkomen het karakter droeg van een schifting der kasten, was er alle plaats voor wrijving, voor onzekerheid, voor ‘politiek’ van allerlei aard, ook voor dames-intriges: ‘Voiture gagna 1’appui de la princesse Julie contre 1’hostilité du romancier Gomberville en faveur du mot “car”.’

‘Le bon usage’. Het criterium der vurige strijders voor de Griekse h en het ‘Eckschrift’, Bismarck en zijn aanhang!

Hier komen we nu weer tot dezelfde vraag als in het vorig hoofdstuk. Waarom ontstonden niet kasten in stede van naties, waarom ontstonden niet kastetalen in stede van landstalen? Het antwoord kan hier weer hetzelfde zijn als daar. Kastehoog-moed, zei ik, kan zich laten gelden, kasteregering kan worden aanvaard, kastevoorrechten gehandhaafd, en dus ook een kaste-taal ontstaan, alleen in zoverre en alleen zo lang de ene kaste over de andere onbeperkte macht bezit. Tegenover zijn Knecht en zijn Waakhond heeft de Heer geen fabeltjes van node. Hij gelast ze eenvoudig, zijn kasteel te verdedigen. Maar hebben Knecht en Hond over de ‘rechten van de Mens’ horen spreken, dan moeten kastevoorrechten, kasteverering en kastetalen, althans voor het oog, verdwijnen. Dan zingen Heer, Knecht en Hond de lof der ‘Gewapende Volkeren’, het liedje der nationale broederschap, waarin elke toon vals klinkt. ‘Unité de sang’,

117

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.