doch ook kleinere historici als Ollivicr en Clarcndon. En ook bij andere grote figuren als Confucius, Dantc, Kant vindt men dit motief, dat men b.v. ook bij Marx en Freud, bij Bolland en Nictz-schc, bij Balzac en Multatuli zou kunnen aanwijzen, al bespreekt Toynbce deze figuren niet.
Deze afscheiding van de wereld, om sterker te kunnen terugkeren, is niet alleen bij individuen aanwezig maar ook bij groepen. Men vindt haar als natuurlijk verschijnsel bij de jongens in hun puberteitsjaren, een verschijnsel waarmee reeds de primitieve maatschappij rekening houdt, terwijl b.v. ook de Engelse „public schools” hun succes te danken hebben aan de mogelijkheden die ze in dit opzicht geven.
Minderheden die in een uitzonderingspositie verkeren, vertonen hetzelfde verschijnsel van zich afzonderen en later versterkt terug te keren. Een bekend voorbeeld is dat van de Engelse Noncomfor-misten, die zich in de periode van 1663 —1673 uit het openbare leven terugtrekken in het zakenleven en die ± 1828 terugkeren als de makers van de industriële revolutie, die de Reform Bill van de Engelse heersende klasse weten af te dwingen. Soms is er geen terugkeer in letterlijke zin, zoals b.v. bij de Joden in de Diaspora, die niet als groep terugkeren, maar wel als cultuur-fcrmcnt. Andere vormen zijn de kloosterorden, het celibaat — zich terugtrekken van het wereldse leven om daardoor de wereld des te beter te kunnen beïnvloeden.
Ook staten geven vaak voorbeelden van „withdrawal and return”. In de „malthusiaan.se” crisis van het Hellenisme, speelt Athene gedurende twee eeuwen na de invoering van de democratie geen rol, het is een vreedzame teruggetrokken staat, die als het ware de democratie in stilte verwerkt en ontwikkelt, om dan aan de spits van Griekenland te treden in de Perzische crisis, en in de strijd te blijven tot aan de verovering door Macedonië, waarna het nog de culturele strijd blijft voortzetten.
Pogingen om zich terug te trekken vinden we ook in het latere Griekenland, waar Achaeïsehe en Aetolische bonden proberen federaties van stadsstaten te vormen, sterk genoeg om zich door de omringende reuzen te doen respecteren. Maar deze poging mislukt, er is geen „return”.
Een merkwaardig voorbeeld is Italië aan de vooravond van de Renaissance. De toestand is vergelijkbaar met de Malthusiaansc-(overbevolkings-) crisis van het Hellenisme. Het verschil is, dat de stadsstaat toen in Hellas bestond en bleef bestaan. In het Westen ontstonden stadsstaten in een feodale wereld (Italië, Vlaanderen, Zwitserland, Zwabische bond, Rijnbond, Hansa). Er waren nu twee
89