, Neen, al de Huizinga-intellectuelen zwegen, zonder een enkele uitzondering — dat de sociaal-democraten zich behoorlijk gedroegen sproot voort uit hun politiek inzicht, niet uit hun cultuur-inzichten — en ze toonden zo, hoeveel al die dierbare, beschaafde praatjes waard zijn, als ze moeten kiezen tussen fascisme en vrijheid.
Dan toont zich hun ware aard, die niet is „cultuur” en „vrijheid”, doch „deftigheid”, deftigheid die afkeer heeft van het fascisme, doch die er te zeer aan verwant Is om het consequent te bestrijden.
De deftigheid-in-het-gedrang zal jeremiëren, maar ze zal capituleren. En wie niet capituleren wil, die zal geestelijk volkomen los moeten staan van de Huizinga’s. Natuurlijk is men daarmee niet klaar. Maar het is het begin.
1935-122