‘Denk goed na, Mare. Zeg maar op z’n Spaans ma-nana.’
‘Ik zal oppassen, Debbie. Maar jou kan niets gebeuren. Je weet met welk bedrag ik je heb veilig gesteld.’
‘Wat heb ik daaraan zonder jou!’
Ze Het m’n arm los. Ik geloof dat haar ogen vochtig waren.
‘Kind, doen we niet een beetje dramatisch? Ik ga toch alleen maar eens snuffelen?’ Ik legde m’n arm om haar schouders, drukte haar even tegen me aan. Ze keek bliksemsnel naar me op, nu stond er toch een traan in haar ogen.
Vier stappen. De chauffeur lichtte zijn uniformpet.
‘Morgen, meneer Koerlander.’
‘Morgen, Bertus, alles wel?’
‘Best, meneer Koerlander, best.’
Ik stak m’n linkerbeen in de wagen, liet de rest van m’n lichaam volgen. Bertus keek toe dat mijn demi-saison niet in de klem kon raken, klapte het portier dicht. Ik dacht aan vaders eerste autootje. Een Ford, hoog op zijn wielen gemonteerd. In een ouderwetse gooi- en smijtfilm zie ik ze soms terug. Vader had een bijzonder soort humor. Over zijn auto sprak hij van zijn ‘plee op wielen’. Het ding leek erop. Zo’n wc-huisje met in de deur de plek van een uitgerukt hart. Ze leven nog voort bij oude boerderijtjes. Maar wat het uitgerukte hart ermee te maken heeft? Zou het soms symbolisch bedoeld zijn? Grootmoeder kon zo intens boos zeggen: ‘Wanneer die boekhouder op de doos is geweest kotst een mens z’n hart uit z’n lichaam!’ Chaims statussymbool stond blijkbaar in verband met zijn heerschappij als sjah-in-sjah. Zo moet een zwevend tapijt
92