Er is geen gisteren, er is geen morgen

Titel
Er is geen gisteren, er is geen morgen

Jaar
1968

Pagina's
294



‘Ja, gelukkig wel. Maar ook aan jou.’

‘Nou ja, zo terloops. Een man moet ook eens een keer aan zijn aardappelkookster denken,’ zei ze een beetje venijnig.

‘En aan zijn koffiezetster. Vooral als ze treuzelt.’

‘Is meneer mijn patroon niet tevreden? Is meneer mijn patroon aan het verdorsten en de ondergang nabij?’ plaagde ze.

‘Debbie, hou je van me?’

‘Ja, maar eerst zal ik je maag tevredenstellen, dan kan je daarna m’n liefde beter beantwoorden.’

En weg was ze. Debbie kan me wel aan. Een bijzonder prettig gevoel, want een vrouw zonder esprit is een koe.

Toen dronken we koffie en ze vroeg:

‘Ga je naar Ruben?’

Ik knikte bevestigend. Ik geloof dat ik altijd knik wanneer ze op de vierde mei vraagt of ik naar Ruben ga. En ik vraag daarna altijd: En jij gaat naar Judith? Waarop ze altijd heftig en verheugd vele malen knikt, want ze heeft dan meestal een koekje in haar mond. Zo ontstaan de gewoonten van echtelieden, zo ontstaat de herinnering en de weemoed als een van beiden er niet meer is.

Regen. En koud. De avond van de vierde mei.

Om vijf uur was ik bij Ruben. Hij zat al op me te wachten met zijn aperitiefjes. Jenever voor hem, sherry voor mij en advocaat voor zijn huishoudster.

‘Daar ben je dan,’ zei Ruben zoals gebruikelijk.

En ik antwoordde ook zoals gebruikelijk.

‘Daar zijn we dan.’

En de huishoudster kijkt dan altijd wat geschrokken

48

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.