15
Maar Jacob hoorde wel heel duidelijk, dat Vader andere woorden zei dan op Zaterdagmorgen. En — alles zag er veel, véél mooier uit, doordat het licht op was en de kaarsen brandden. Straks had Moeder haar handen zóó gehouden, dat het net was, of ze de straaltjes van de kaarsen op wou
vangen. Maar je kunt stralen toch nóóit beetpakken! En toen had Jacob gezien, dat Moeder zachtjes wat zei. Zeker de berocho over die fijne lichtjes. Als hij groot was, zou hij ook van die kaarsen aan willen steken en er berocho over zeggen. Met een kapje op, natuurlijk. Moeder hoefde geen kapje op te zetten, want moeder had zulk lang haar....