75
Jantje was eerst beduusd van die eer: zij moest op haar mevrouw passen!
„Goed, meneer,” zei ze alleen maar, erg verlegen. „Ja, maar niet zoo eventjes op de divan liggen, — ze moet echt naar bed!”
Mevrouw zat zacht te grinniken, en achter me-neers rug knipoogjes tegen Jantje te geven. Maar Jantje moest van geen knipoogjes wat hebben, — ze was plotseling totaal naar het vijandelijke kamp overgeloopen.
„Ja meneer,” zei ze met klem, ernstig, bijna plechtig. Ze nam op dat oogenblik met haar heele hart de taak op zich, op mevrouw te letten en voor haar te zorgen. Tot nu toe was er niemand geweest, die naar haar omkeek, als meneer niet thuis was, maar dat zou nu anders worden!
Toen ze weer in de keuken terug was, wist ze het, en het was haast meer dan ze verwerken kon: O, dit was het, waar ze zoo naar had verlangd! Dat er iets anders werd, beter werd, doordat zij er was. Dat ze noodig was.
Bij Meta was ze immers niet noodig geweest! Als Meta zonder haar hulp het werk niet af kon krijgen, wel, dan kwam er een ander meisje, of er kwam een werkster. Maar hier kreeg mevrouw het ineens veel makkelijker èn veel gezelliger, doordat zij er gekomen was.