37
Ons Toos-je is voor *t eerst van-daag Naar school ge-gaan. Dat zie je, als je 'r
io* Wat zeg je er-van?
goed be-kijkt, Haar ook wel aan.
Ze heeft een pot-lood in haar hand. En schrijft daar-mee
al heel par-mant. Ze is vol aan-dacht
voor haar schrift, Dat aar-dig wicht!
Ons Toos-je heeft zó veel ge-leerd, Dat wéét je niet!
Als-of je dat aan haar ge-zicht Niet da-de-lijk ziet!