Tante Griet

Titel
Tante Griet

Jaar
1934

Overig
1ed

Pagina's
212



25

„Zóó, kostverdiender!” groette Wies terug. „Je schoonzuster was er anders ook nog!”

„O hemel,” keerde Bernard zich verschrikt tot Greet, „ik had je heelemaal niet gezien.”

Greet nam het hem niets kwalijk; ze was van Bernard gewend, dat hij alleen maar ooren had en geen oogen. Volksstammen van menschen kon hij over ’t hoofd zien, maar één enkel valsch nootje te midden van een groot orkest kon hij onderscheiden.

„Ik feliciteer je met je zonen!” zei Greet.

„Hoe vind je ze? Eenig, hè?”

Greet stond even verbouwereerd. Had moeder niet verteld, dat Bernard ze leelijk vond?

„Ja,” zei ze, „maar moeder zei, dat jij ze leelijk vond.”

„Sindsdien zijn ze veranderd,” zei Bernard een beetje knorrig; hij werd er niet graag aan herinnerd. „Ik vind het leuke kerels.”

Hij keek nog eens met vadertrots in de beide wiegen, de mooie en de schamele wieg.

„Zeg Wies,” kwam hij toen, „is er intusschen wat voor me te eten? Ik heb Kees vijf minuten eerder weg laten gaan, dat ik nog even hier op de kamer kor* zijn vóór Heleentje kwam.”

„Kom hier, zoon,” zei Wies moederlijk, en ze pakte een grooten appel van de fruitmand naast haar. En tegen Greet: „’k Heb wat te stellen met drie zulke jongens.”

Greet keek Bernard oplettend in ’t magere gezicht.

„Ik geloof heusch dat je een beetje dikker geworden bent van vreugde over je kinderen,” knikte ze bemoedigend.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.