________WWlJÜiSiiJÜlïilSllHllJUiïiiillillïi
0 0
jg kon klinken. *t Was toch heel wat anders dan zooeven. Eens jg
probeeren, hoe ze thuis en in de schuur en in de stallen zouden jg
kijken, als hij vaker die vriendelijke stem opzette. jg
Thuis deed hij zijn das, zijn jas, zijn bontmuts en zijn klompen jg
0 met hooi uit en kwam binnen met nog twee truien aan en twee ]g
0 paar sokken* p* j
„Vrouwtje,” zei hij, „heb je nog een kopje koffie voor me?” jg
Er was geen stem bij zijn oor, die hem napraatte, maar wel jg
jg een vrouw, die verrast opkeek bij het hooren van zoo'n vrien- jg
jg delijke stem. Zou het werkelijk geholpen hebben, het middeltje jg
0 van de koopvrouw ? Maar misschien had ze zich vergist en ver- jg
jg keerd gehoord. Daar zoo zou hij wel weer beginnen te mopperen, jg
»W’ zei ze, „de koffie is nog heet.” jg
Tg „Mooi,” zei boer Gijs, „dan kom ik hier eens een gezellig w
jg bakje koffie drinken.” jg
De vrouw wist niet hoe ze het had. Wat was die man gauw jg
tg veranderd! Tg
jg En boer Gijs? jg
Die merkte al gauw, dat, das of geen das, ieder knorrig woord jg
jg met een knorrig woord werd beantwoord en ieder vriendelijk jg
jg woord met een vriendelijk woord. En toen hij dat geleerd had, jg
jg vond hij het veel gezelliger om vriendelijke woorden te hooren jg
jg en daarom blééf hij er maar bij om voortaan vriendelijk tegen jg
jg alle menschen te zijn. jg
En toen hij zoo ver was gekomen, was de das van het oude jg
jg vrouwtje geen tooverdas meer, maar een gewone, dikke, wollen jg
jg das als alle andere dikke, wollen dassen.
0 ^ 0
0 X 0
1 ®
\ I, pi
0 f ' -. • h 0
jg V^ / />
0 0
0 0
0000000000000000000000000000 13 00