Maar een ogenblik later schoof ze gezellig aan tafel, had ze weer kleur en glans in haar ogen en haar stem, was ze weer de tante Lea, waar Jupie langzamerhand zo veel van ging houden.
Op een avond wou ze vader alleen spreken. Rozijntje voelde zich half beledigd, half nieuwsgierig. Beledigd, want deed zij niet de huishouding als een volwassen vrouw, - wat moest ze dan buiten de dingen gehouden worden?
Maar Lea scheen zich niets aan te trekken van de blikken, die Rozijntje haar na zond, ging kalmpjes met haar vader naar de voorkamer, en liet Rozijntje in de keuken alleen.
‘Ik heb van dokter vier dagen vakantie gekregen’, viel ze met de deur in huis. ‘Ik mag naar huis!’
‘Mooi’, zei vader, die de blijdschap in haar ogen zag.
‘Maar nu moet ik u wat vragen.’
‘O’, zei hij goedig, ‘u hoeft die dagen niet te betalen, hoor.’
Lea lachte hardop.
‘Dat was het niet! Het was heel iets anders.’
Vader keek vragend.
‘Moeder heeft gevraagd’, - ze haalde de brief te voorschijn en legde hem voor vader neer, - ‘of ik Rozijntje die dagen meebracht.’
‘Roza?! Maar dat kan niet, juffrouw!’
Hij zag er werkelijk verschrikt en ontdaan uit. Vier dagen zonder Roza? En wie zou dan koken en voor hem en Jupie zorgen? En misschien was er wel een Sjabbos in die vier dagen, - nee, hoe kwam ze erbij!
Lea pleitte, warm. Kon hij niet met Jupie bij juffrouw de Jong eten die paar dagen? Het zou voor Rozijntje zo iets heerlijks zijn, -kon dat nu niet geregeld worden?
Maar zijn lippen waren ineens nors gesloten nu, en er was een frons in z’n voorhoofd.
Neen, dat kon niet, het kon onmogelijk. En het was niet nodig ook, Roza was heel gezond en tevreden zo.
75