6. Het lied-je van het ker-sen ra-pen.
Wij stap-pen naar de boom-gaard toe, Op klomp-jes, met ons al-len*
De pluk-kers bo-ven in de boom Die la-ten wel wat val-len!
Wij ra-pen al de ker-sen op Met on-ze war-me hand-jes,
En stop-pen ze voor-zich-tig weg In on-ze ker-sen-mand-jes*