2 TOEN TIRTSA KLEIN WAS
Tirtsa wist van heel klein kind af niet beter of het hoorde zo, dat zij de oudste van de kinderen in de kibboets was. Twee-en-een-half jaar lang was ze zelfs het enige kind in de kibboets geweest; ze herinnerde zich nog vaag, van toen ze een jaar óf drie was, dat de baby van Ilana en Efraïm, de kleine Daniël, groot genoeg was om op Shabbat, als zijn ouders niet hoefden te werken, trots in de zon te worden rondgedragen of zelfs een ogenblik de eetzaal binnen te worden gebracht. Toen was opeens niet alle aandacht van de chawériem op haar gericht geweest, maar verdeeld over twee kinderen, en al gauw over drie en vier en meer, waar haar eigen broertje David toen ook al tussen gekomen was. Ze had zich in 't begin van de éne gilbui in de andere gegooid; de chawériem en hun aandacht en hun liefde en hun bewondering waren van haar, en van niemand anders! Wat hadden die andere kleine wurmen die nog in hun luier deden en geen woord konden zeggen en geen stap konden doen, — wat hadden die er zich tussen te werken? De chawériem vonden alles van die schapen prachtig en leuk: als ze lachten, of geluidjes maakten die niets te betekenen hadden, — net of zij niet de enige was die Hebreeuws kon spreken, en grappige dingen zeggen, waar vroeger, vóór de tijd van de baby's, hardop om gelachen werd! Net of zij niet de enige was, die van alle chawériem en chawérot de voornaam wist en uit elkaar hield, wie bij wie hoorde, en ze in 't voorbijgaan aanriep en dan toegewuifd en toegelachen werd! Net of zij niet de enige was, die haar tafeltje af kon ruimen als ze gegeten had, en op hobbelende beentjes, over de rotskeien heen, haar gebruikte bordje en kroesje naar de keuken kon dragen! Net of zij niet de enige was die een paar grappige danspasjes kon maken als haar vader tijd had om voor de piano in de eetzaal te gaan zitten en muziek te maken! Ze hadden haar een wonder gevonden, altijd, het enige wonder in de wereld, — en daar kwamen die andere onnozele kinderen, en opeens moesten die óók al wonderen gevonden worden! Het was niet rechtvaardig, en zeker een jaar lang was de ene boze bui op de
16