Knus in een hoekje

Titel
Knus in een hoekje

Jaar
1931

Overig
2ed

Pagina's
53



Toen    zei de wind niets meer. Maar    een    oogenblik    later

schrokken de wolken zich dood. Want ze hoorden opeens een heel barsche stem, net als vroeger, roepen:

„En nu is het uit. Vooruit, jongens, schiet op!’'

Ze wisten niet hoe gauw ze wel weg zouden vliegen.

De wind vroeg aan de zon:

„Is het zoo goed?”

En de    zon lachte en straalde.

En de    wind ging zachtjes naar zijn huis terug en    bleef    daar

een heele poos uitslapen.

En een paar dagen later liep het kleine meisje na schooltijd met twee kleine zusjes aan de hand in het straatje heen en weer.

Wat heerlijk warm was die    zon.    Hun    wangetjes

hadden warempel al weer een beetje kleur.

Ze bleef het straatje op en neer loopen tot de zon naar bed ging.

„Wacht maar,” knikte de zon tegen het meisje. „Morgen kom ik weer bij jullie.”

En toen ging de zon slapen met een heel blij gevoel, omdat het nu niet meer hinderde, dat er kachels waren zonder roode buik.


9. Het rijtje.

3bl

Daar loopt een jongen het paadje op, Met stappen als van een soldaat.

Het is omdat zijn maag al jeukt En ’t uur van eten slaat.











27

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.