Knus in een hoekje

Titel
Knus in een hoekje

Jaar
1931

Overig
2ed

Pagina's
53



beetje de politie-agent daar hoog in de lucht. Als de wolken het de f zon al te lastig maakten, dan bulderde de wind even:

„Allo, jongens! Schiet op!”

En pff... weg waren de wolken.

Maar nu, ja, nu was er ruzie tusschen de zon en den wind. Nu f wilde de wind de zon niet meer helpen. Dus de wolken konden precies zoo ondeugend zijn als ze zelf maar wilden.

Het werd bitter koud. Want de wind hield niet op te blazen.

En als er van een paar wolken van schrik op den loop gingen, ^ dan zei de wind tegen de volgende wolken:

„Toe maar, jongens, schuif maar weer voor de zon langs.”

En zoo kon de zon de wereld heelemaal niet meer warm krijgen.

Alle menschen liepen met de kragen rechtop, zoodat je alleen i maar hun paarse neuspuntjes kon zien. Ze stampten met de voeten, als ze even stil moesten staan, en toch dachten ze nog, «t dat er klompen ijs in hun schoenen zaten in plaats van voeten. ~ Het water lag onder een dikke korst ijs en kon zich heel niet t meer bewegen van de kou.    t

In de kamers stonden kachels met vuurroode buiken, en nog kwamen er de mooiste ijsbloemen op de ramen. En de zon f kon niet komen om de ramen weer van glas te maken en het water weer te laten dansen, en de neuzen van de menschen op * straat weer rose te maken inplaats van paars.





Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.