82 NAPOLEONS LAATSTE LEVENSJAREN gedwongen was zooveel mogelijk als bemiddelaar en vredestichter op te treden. En door welke oorzaken ontstonden die twisten dan nog! Om allerlei kleinigheden, waarover niemand zich in normale omstandigheden warm zou maken. Meestal was de oorzaak jaloezie, waaraan zelfs Las Cases niet vreemd bleef, al had zijn jaloerschheid een hooger motief, om zoo te zeggen, tot grondslag, namelijk, dat — wanneer de Keizer zich, naar zijn opvatting, te veel alleen met een der anderen bezig hield — hij de voor hem zoo kostbare woorden moest missen. Het was hem er niet om te doen ze, als een vrek, alleen en uitsluitend te genieten; hij gunde dat geluk aan een ander net zoo goed, wanneer hij er maar bij mocht zijn en het was zijn wensch niet, zich door den vertrouwelijken omgang van den Keizer den voornaamsten en nummer een te voelen. Bij Gourgaud zeker, was dit laatste wèl het geval. En nog zou men dat kunnen begrijpen, wanneer de kwesties,* waardoor zijn jaloezie werd opgewekt, belangrijke waren; maar het waren zulke verregaande kleinigheden, dat men alleen een verklaring voor de jaloerschheid en het twistzoeken van Gourgaud kan vinden in zijn kleingeestig, achterdochtig karakter, in zijn „grübelsucht”, die bijna aan vervolgingswaan reikte.
Al aan boord van de Northumberland begon zijn haat tegen Las Cases — een haat, die door de Montholon werd aangeblazen (zij konden het geen van beiden verkroppen, dat Las Cases door Napoleon werd voorgetrokken) — wat hem in zijn Journal op den datum van den 3den Oktober doet schrijven: „Je vois au-tour de moi bien des intrigues et des faussetés. Pauvre Gourgaud, qu’allais-tu faire dans cette galère!” Hij meent, dat deze hem bij den keizer benadeelt. Mettertijd vermeerderen de grieven, die hij tegen Las Cases voelt, Las Cases, die nooit militair is geweest, die nooit heeft gediend, dien de Keizer ter nauwernood kent en die toch den voorrang bij hem inneemt. En hoe meer Napoleon Las Cases tracht te verdedigen, des te erger wordt de haat-stemming van Gourgaud, waarin hij ook de anderen meesleept. Zoodra echter op het einde van 1816 Las Cases van St. Helena wordt verwijderd — bij zijn vertrek gedraagt Gourgaud zich tegenover hem, alsof hij steeds de meest vriendschappelijke gevoelens voor hem heeft gekoesterd en laat hem door Bertrand zeggen, dat hij (niettegenstaande de onaangenaamheden en de oneenigheden, die zij hebben gehad, niettegenstaande de onbehoorlijkheden, die hij van hem heeft gesproken)