124 NAPOLEONS LAATSTE LEVENSJAREN
De kwade bui van den Keizer, waarvan Betsy de oorzaak is, komt op de bedienden neer.
De flirt met luitenant-kolonel Reade duurde niet lang ; die met majoor Fehrzen echter ging nog eenige maanden voort. Den 8sten Juli ’17, toen deze officier op, het punt was met zijn regiment St. Helena te verlaten, zeide de Keizer tot Gourgoud: „II est heureux pour Fehrzen de partir, car il aurait peut-être fait la folie d’épouser Betsy.. . Betsy est une fille comme une autre! D’ailleurs la vie est si courte: et pourvu qu’une femme fasse des enfants, que peut-on lui demander de plus?” Dit zou goed zijn, wanneer het ieder ander meisje gold; maar — zeker voor Napoleon — was Betsy niet een gewoon meisje als ieder ander. Waarom hield hij zich dan zoo voortdurend met haar bezig en waardoor gaf zij anders aanleiding tot zijn philosophische beschouwingen ?
Na zijn vertrek bleef Fehrzen waarschijnlijk met haar corres-pondeeren; ten minste de berichten over haar huwelijk met hem, hoe onaangenaam ook voor Longwood, kwamen telkens weer op. Zij verhinderden Betsy echter niet om met anderen, en vooral met officieren van het regiment, dat in plaats van het 53ste op St. Helena was aangekomen, te flirten, waardoor Napo-leon’s boosheid zoodanig werd opgewekt, dat fyij den 25sten Oktober ’17 tegen Gourgoud uitbarstte: „Le§ Balcombe sont une familie de batards, de la pure canaille! . . . Betsy n’épousera pas le major, qui a trop d’esprit pour s’encanailler a ce point...”
Drie dagen later, terwijl zij bij de Bertrands op visite was, ging zij ook den Keizer een bezoek brengen, die haar niet wilde ontvangen. Maar s’avonds kon hij geen weerstand bieden aan de behoefte die hij voelde om over haar te spreken en maakte gewilde grapjes: „II envie, schrijft Gourgoud, mon bonheur d’avoir vu Betsy; il croyait que je dinerais avec cette jeune personne.” Maar Gourgoud, die zich nu eens bij uitzondering als een echte hoveling gedraagt, antwoordt daarop: „Je ne suis pas venu a Sainte-Hélène pour cette jeune personne. Quand Sa Majesté me fait 1’honneur de m’inviter a sa table, je n’en saurais préférer d’autre ...”
Hij, die iets maar van de psychologie van een man kent, begrijpt uit deze gewoon-neergeschreven opmerkingen, wat en dat er iets diepers bij Napoleon zat; dat het niet al meer een gewone vriendschap was van een man op leeftijd voor een zooveel jonger meisje, die Napoleon voelde, maar dat de overgangs-nuance van