112
NAPOLEONS LAATSTE LEVENSJAREN
de andere zijde verhief zich „Diana Peake” tot een hoogte van 2.500 voet, van waar naar alle zijden berg-ketens uitglooiden, van smalle ravijnen doorsneden, waarin vroeger waarschijnlijk kokend lava had gevloeid, doch nu smalle stroompjes naar onder gleden, die, eenige met elkaar vereend bij The Briars den waterval vormden. De ruimte van het panoroma vergoedde echter het triestarmoedige van den bijna ontbrekenden plantengroei niet. Aan de zuidzijde der hellingen was eenig groen te zien, doch overigens vertoonde zich alles in een donkere, som-bere-blauwe naaktheid door het basalt, hier en daar doorschit-terd, wanneer de zon er op scheen, van wat verglaasde steen. Op vier of vijf plaatsen verbreedden zich de bergkammen tot plateaux. Hoe hooger men steeg, des te onvruchtbaarder werd de grond, des te heviger de wind, des te ondragelijker de temperatuur. Zonder overgang kwam men uit een klamme warmte, die de kleeren vochtig doordrong, in een kou, die dwingt om, wanneer men in dezen omtrek woont, voortdurend te stoken. Langzamerhand worden de boomen en de planten armoediger en hebben moeite om in het leven te blijven, met hun half verschrompelende bladeren, steeds uitdrogend door den wind, die meestal uit één hoek waait en die de takken naar één richting doet buigen. Welke moeite men zich ook heeft gegeven en welke sommen geld men er ook ten koste heeft gelegd, de eenige boomen, die er kunnen blijven bestaan is een soort lage gomboom en zóó laag en mager, dat zij niet in staat zijn eenige schaduw te geven. Het grootste der plataux en dicht bij Dead-wood gelegen, waarop eenige boomen grpeiden en waar zich tevens eenige schuren en een huis bevonden was „Longwood.”
Langs deze gebouwen van Longwood gaande, bereikte Henry met zijn regiment, na nog een twaalftal minuten loopen, eindelijk Deadwood en het kamp, dat uit zes barakken bestond, waarvan ieder plaats voor een honderd man aanbood. De officieren woonden in kleine houten huisjes, aan de binnen-zij met kalk besmeerd en waarin zich een bed een stoel en een kast bevond. Rondom stond een aantal tenten, bestemd om de bagage te bergen en waarvan sommige tot stalling voor de paarden werden gebruikt en om de Chineezen en negers te huisvesten, die het bedienden-personeel uitmaakten. Veel meer moois dan de weg, dien Henry was gegaan, bood de omtrek hier ook al niet. Het gras, dun gegroeid ten gevolge van den altijd dorrenden invloed der passaatwinden, schoot er moeilijk