Sita

Titel
Sita

Jaar
1912

Pagina's
43



SITAI.

Uit een der kraters van de Maan-gebergten,

Een van haar diepten, waarin nooit een straal Van goud des Zon-Bols of van aschgrauw licht Van onze Aard-Ster spichtte door het duister, Rees naar het hemelruim het aether-schip Van Luna’s Koning, dien in Hindostan Men Yama noemt, den Genius des Doods.

Hij koos in holen van dien bol verblijf,

Verborgen in de schors der maan-regionen, Omringd door boze Ziekten, somb’re Kwalen,

En troont er onder zware zuilen-rijen,

Den bodem van den Sinus Medii schragend,

De Midden-Zee dier schijf— gezien van Gea1 2)—, Zijn woonplaats in die vreselike Globe.1)

Een dor, verlaten rijk, waar zwart de hemel,

In ijle dampen soms, haast atmosfeerloos,

Zich over gloeiend-blanke massa’s welft En van de bleke kimmen, grillig kart’lend,

Alom vertakte lijnen zich verbreden

Tot gleuven, groeven, plooien, dikke kammen,

Die hoekig of gekromd omlaag zich strekken

1

   Gea: de Aarde.

2

   Deze beschrijving is ontleend aan den i n d r u k, dien de Maan op ons maakt, voor zover onze telescopen reiken. In werkelikheid vertonen de maangebergten allerlei steenkleuren.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.