X.
Toekomstige Bouwstijl.Reeds rijzen smal, strak uit gereik van draden, Roetwalmen, die droef ’t volks-gemier bezweven, Sky-skrapers i) vóórvorm van een lichter Leven, Dat uit hen stijlt tot plein-brede’ esplanaden Om Piramiden, star in kolonnaden,
Waarlangs mongoolse luifels, spits geheven Excelsior wijzen, als simbool van ’t streven Der Mensheid, die ’t massaal gezwoeg zal smaden Als ’t log trein-slepen der lokomotiven En in lucht-jonken vrij daar héén zal kliven.
En tot hun toppen zal de muil van draken,
Di tans slechts op pagoden, dai-ba’s *) waken,
’t Kristal-gehuif van lichtende fonteinen Met kleur-brand van Hilr levensvreugd
[doorschijnen.