VIII
KLIKSPAAN, HALVE MAAN
Het Tuindorp Oostzaan, waar wij al twee jaar woonden, lag er verlaten bij in de zomerse hitte. Saartje was niet thuis, al de hele lange dag, en Maurits voetbalde met zijn vriendjes op het opgespoten land. Moeder zat alsmaar in de keuken, met de poes naast zich. De onwennige stilte werd alleen doorbroken door vader. Met zijn schoenmakershamer beklopte hij een zool, of een hak, in zijn werkkamer boven.
Saartje was met de zesde klas naar buiten om afscheid van de Orionschool te nemen. Over een week zouden wij niet meer samen naar school gaan.
En daar was ik blij om. Altijd zag ze het als ik iets deed wat niet mocht. Saartje alleen had gezien dat ik rookte, en zij alleen kon het aan vader hebben verklikt. Toen we aan tafel zaten had vader me er steeds mee geplaagd. Moeder vond het wel naar dat vader me zo graag pestte. Soms hield ze haar hoofd een beetje schuin, zodat het leek alsof de haardot op haar hoofd los zou laten. Dat deed ze altijd als ze me eigenlijk
38