leve ons weg met jullie.
Wij bogen onze hoofden in wanhoop. Antwoordden: loop naar de hel. En rouwden om de doodgeschoten osp'er Cor Gerressen.
'Jacques de Kadt is een echte kleinburger. Nog wel een joodse, en die zijn het ergst van allemaal. Dat is de mening van Trotsky.' Sneevliet zei het triomfantelijk. De Kadt was de grootste tegenstander van een fusie met zijn partij geweest. Nu zou die er komen. In het teken van de wordende Vierde Internationale.
'De Internationale van de achttienjarigen,' voegde Sneevliet eraan toe. Ik was nog achttien jaar. Dat was toevallig! Ja, van ons zou de toekomst afhangen. Wij zouden het beter doen dan die ouwe zakken, die zich in 1914 niet tegen het uitbreken van de oorlog hadden verzet en in 1933 niet tegen het aan de macht komen van Hitier. Ik was ook voor de Vierde. Met Trotsky als partijgenoot, de organisator van het Rode Leger. Maar waarom zei hij dat van 'joodse'? Nou ja, Trotsky was zelf een jood, hij zou het wel weten. Kantoorbedienden, waren dat ook kleinburgers? En als je vijftig gulden per maand verdiende zoals ik?
In Frankrijk waren de trotskisten lid geworden van de socialistische partij om de linkervleugel te beïnvloeden. Prachtig. Intredepolitiek noemden zij het. Was het hier maar gebeurd. De osp was toch ook uit de sdap voortgekomen? Dan hadden we misschien meteen goede leiders gehad. Zou ik er een vraag over stellen?
Onderzoekend keek Henk Sneevliet in zijn lijstje met aantekeningen. 'Sal van Santen,' zei hij, als iedereen, en richtte zich tot mij. 'Jonge maat.
20