ja, als je zeventien bent. Toch kon je doodgaan voordat je een keer had genaaid, en het moest het fijnste zijn wat er bestond. Daar was ik bang voor.
Die conclusie van repliek nog overtikken, uit het klad. Alleen ik kon het handschrift van meneer lezen. Een droog taaltje. Ze vochten om de vraag wie er gelijk had. En ze probeerden elkaar vliegen af te vangen, op foutjes die niets met de zaak te maken hadden. Bij verlies moest ik schrijven:'Het spijt ons dat u uw zaak hebt verloren,' maar bij winst: 'Tot ׳ons genoegen kunnen wij u mededelen dat wij de zaak voor u hebben gewonnen.' De baas was hartstikke goed met rechten. Beter dan een heleboel advocaten. Hij was chef de bureau geweest bij een advocaat van de sdap. Die was eens bij ons op kantoor gekomen en had gezegd waar wij bij waren: 'Kees, laat jij je mensen de hele dag bij kunstlicht werken?'
Een donker souterrain, het kon niet anders. Maar het stonk er ook duf. Alsof de grond opgaf en er natte jassen hingen te drogen. Oud papier van dossiers. De pijp van Van Gasselt. Hij rookte de slechtste tabak. Als je ook geen pest verdient. Zeven-vijftig per week. Liefdadigheid, hij had in de bak gezeten. Vroeger schoolmeester. Ze wilden niet vertellen wat hij had uitgehaald. De boekhouder beweerde dat zijn vrouw een stuk secreet was geweest, dat hij nooit aan haar mocht komen. Een half jaar had hij gekregen. Soms moest hij ineens kotsen; ik zag het altijd aankomen, als hij wit wegtrok. Een enkele keer zaten er nog brokken aan de wc.-pot, of
23