'Nee, letterlijk.'
'De voltrekker van het gerecht.'
'Precies. Daar mag je wel eens aan denken. Deurwaarder Wageman heeft verteld dat hij je met een fascistisch blaadje heeft zien colporteren.'
Ik stotter: 'Dat is een leugen, en dat weet jij net zo goed.'
'Ten eerste heb ik niet met je geknikkerd en hoef je geen jij tegen me te zeggen', bijt juffrouw Annie mij toe. 'En ik weet ook wel dat je geen fascist bent. Maar hoe weet deurwaarder Wageman dat, als hij je met je opstandige krantje ziet venten? Je mag wel voorzichtig zijn met die beweging van jou. Waar rook is is vuur. In Moskou hebben jouw vrienden immers bekend met Hitier te hebben samengespannen.'
'Leugenaar', schreeuw ik haar toe, 'iedereen weet dat het smeerlapperij is en nu kom jij met die praatjes.'
De deurwaarder heeft tijdens het gesprek met juffrouw Annie gezwegen, maar nu zegt hij driftig dat ik mijn plaats moet kennen. 'Denk jij misschien dat jij hier de baas bent?'
'Gelooft u dan wat ze zegt?' vraag ik smekend. 'Natuurlijk niet', wuift hij weg, 'anders zou ik je geen dag langer houden, maar erg prettig is het niet voor me dat je met de wereldrevolutie te koop loopt.'
'Dat is mijn zaak', antwoord ik kortaf.
'Zo jongeman, dat is jouw zaak. We zullen wel eens zien wie hier de baas is.'
132