Bep verschrikt, 'het is alleen voor je moeder, maar kolengruis om de kachel is toch niet nodig?'
'Dat hoef je mij niet te vertellen. Maurits en ik hebben moeder voor haar verjaardag een stofzuiger gegeven.'
Bep zwijgt een ogenblik, en vervolgt aarzelend: 'Ik dacht...'
'We hebben hem ook niet meer', antwoord ik haastig. 'We hadden hem op een veiling gekocht, dat was niet zo veel geld. Maar hij blies in plaats van te zuigen.'
Bep schiet in de lach.
'Wat nu?' vraagt zij.
'Dat rotding hebben we natuurlijk niet gehouden. Gelukkig hebben we het op de veiling weer kunnen verkopen.'
Al enige tijd komt Bep mij 's avonds ophalen, zo maar, of ik meega naar de bioscoop, over geld moet ik niet zeuren, zij kan het gerust wel voor ons tweetjes betalen. En als ik dat niet wil, nou, dan komt het later wel. Moeder is gek op haar en klampt zich aan haar vast.
Elke keer als wij aanstalten maken om te vertrekken, komt ze met een nieuw verhaal. Zij ratelt aan een stuk door.
'Hou nou een keer op', roep ik wanhopig. Ik sta op, pak Bep bij haar arm, trek haar mee naar de gang. Hoewel zij zich losrukt, doet zij toch haar mantel aan.
Haastig loopt ze voor mij uit, zodat ik moet proberen haar in te halen, maar als ik naast haar loop, rent ze weer weg. 'Luister nou', smeek ik, 'begrijp nou...'
Plotseling blijft Bep staan.
'Het is verschrikkelijk zoals jullie je moeder afsnauwen', zegt ze verontwaardigd. 'Je zult wel denken: wat gaat het haar aan. Misschien had ik ook niets moeten
126