Oom Henk had gelijk. Marx was al tegenstander van Malthus geweest.
'Maar onder neomalthusianisme wordt toch iets heel anders verstaan?' onderbrak Bep hem. 'Die willen dat je niet maar raak kinderen fokt. Is het niet veel beter zoveel kinderen te nemen als je zelf graag wilt, en het niet aan het toeval over te laten?'
'Daar kun je in elk winkeltje kapotjes voor kopen', antwoordde oom Henk, 'daar heb je geen vereniging voor nodig. Zij zijn voor kinderbeperking. Dat zeggen ze zelf. Daar zoeken ze hun heil in voor het oplossen van alle kwalen. Zij maken op die manier van de arbeiders leger-des-heils-soldaten. Elk gezin zijn eigen twee kindertjes, die natuurlijk hogerop moeten, maar de arbeidersklasse als zodanig wordt ontvolkt. De kracht van het proletariaat ligt in zijn massa, niet in de beperking van zijn omvang.'
'Bij moeder thuis hadden ze dertien kinderen. En haar vader zuipen. Leve de lol', merkte Bep schamper op.
Ik wist niet dat oom Henk ouderwetse opvattingen had in die dingen. Zou dat zijn katholieke verleden zijn? Of dachten de orthodoxe marxisten er zo over?
'Ja Henk, er is toch niets tegen om je middelen bij een vereniging te kopen die daar niet op wil verdienen?' zei tante Mien nu ook.
'Mens, laat jij je maar bepraten. Al die onzin om een kapotje.'
'Maar is het psychologisch niet van belang, dat de arbeider ook in zijn gezin het eigen lot bepaalt, oom Henk?'
'Psychologisch, daar heb je weer zo'n modewoord. Doe jij daar ook al aan mee? Hoeveel nieuwlichters moeten
47