bleef hij mij evenwel langdurig aankijken, toen riep hij naar een oudere vrouw achter hem:
'Moeder, dat is Salie, van de Zonneweg, weetje nog? Van de schoes... Kenje mij niet meer? Ik ben Gerrit, Gerrit Vader uit de Maanstraat. Jongen, wat ben ik blij je te zien. Dan ben je goed de oorlog doorgekomen. We hebben het vaak over je gehad.'
56