Woord vooraf van Anton Constandse
Het nieuwe boek van Sal Santen, dat hier voor ons ligt, is evenals zijn vroegere publikaties autobiografisch van aard. Door het overwegend internationale terrein, waarop de ontwikkelingen zich afspelen, is de draagwijdte ervan echter groter. Terecht klassiek geworden door hun literaire en sociale betekenis zijn de jeugdherinneringen: Jullie is jodenvolk (1969) en Deze vijandige wereld (1972), de ontroerende, sober maar suggestief beschreven belevenissen uit de kring van tweevoudig beproefde kleine mensen met dappere zielen: proletarisch en joods. Zonder zucht naar folklore zijn hier kinderen en volwassenen in crisis en armoe geschilderd tegen de achtergrond van de wil om te strijden tegen onrecht en kwaad. Het logische complement daarop was het onvervangbare document, dat betrekking heeft op een van de weinige Nederlandse revolutionairen van mondiale betekenis: Sneevliet, rebel (1971) nooit zozeer van nabij beschreven als hier mogelijk was, omdat Sal Santen trouwde met de stiefdochter van Sneevliet. Met dit impressionistische, boeiende en ten slotte ontstellende verslag van een politiek drama voerde de schrijver ons al binnen in de wereld van de internationale politiek. Sneevliet had in het oude Nederlands-Indië de eerste arbeidersorganisatie opgericht, die gekenmerkt werd door een marxistische ideologie. Door de Russische revolutie kwam hij in nauwe aanraking met de bolsjewiki: een foto toont hoe hij het woord voerde
15