Dievenschool

Titel
Dievenschool

Jaar
1906

Pagina's
224



arming van teederheid, toen hij de kussen herdacht, die ze hem dien avond gaf van zijn Barmitswohdag. Hij voelde zich slecht en leelijk, omdat-ie nooit had willen werken, en hij was dikwijls zoo grof geweest... Maar hij wou er niks van zeggen — aan niemand, aan niemand, aan Izak nieten niet aan Joopie — nee — née. — Hij zou ’t allemaal in zich bewaren en uitschreien in de donkere stilten, om zich niet uit te laten lachen door hun harde breede monden.

Maar in zijn binnenste was nu dat droef gestriem van zwarte regenvlagen met pijnlijk windgetier langs schrale wanden van zijn maag — maar dat geen tranen opdrong naar zijn oogen.

Het was iets, dat hem neertrok met geweld van spieren-spanning tot gebogenheid, tot bukkend loopen langs de straten, waar alle dingen beter waren dan de dingen van zijn leven, waar alle menschenlevens nijver werkten zonder beterwetend mal gedroom.

Want hij dacht dit nu een straf voor *t zondig droomen-leven achter zich ...

Izak gaf hem reisgeld en een pakje afgedragen kleeren, die-ie nog wel een poosje gebruiken kon. En toen hij in de trein zat, het stadje langzaam voor hem te vervagen kwam, de huizen, de boomen, toen bonsde een hevige schrik in hem neer, toen was het, of een groote weelde plots van hem weggenomen werd — o gód — alles wat mooi was — ook de leelijkste dingen - ook de slechtste menschen die hij kende, alles was er mooi geweest daar, alles... en wie nam het hem nou af. .. wie — z’n mooie jeugd namen

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.