De een zijn dood ....

Titel
De een zijn dood ....

Jaar
1933

Pagina's
264



netje aan. siste de behaarde mond de felicitatie eerst mompelend naar ouwe Beem en z’n vrouw; dan hipte de haastig half-ontschoeide zwaar-heringde hand met hetzelfde plichtgebaar, langs de kinderen nu ook, de kamer rond. Tante Nette voerde dat uit zonder lach of vriendelijkheid, met den strakken ernst van een afgesproken teeken dat op een bepaald oogenblik levensgevaar voorkomen moest; zij deed het als duizenden van de haren zoo: stil, wetsgetrouw, maar tegenover den geest van het oogenblik blind en als waanzinnig. Zij was een fijn, mooi Joodsch meisje geweest; in een floers op haar donkere oogen zag men de schichtige onzekerheid omtrent de plaats waar zij haar gelukkige verwachtingen toch verloren had. Moeder, moeizaam vriendelijk, kneep, terwijl zij hoven haar bril uitkeek, een harden glimlach uit haar allengs weer verkniesde trekken; en de zwakke vingertjes drukten, onlekker, slapjes, het toegestoken tipje hand.

Om de deur boog nu het witte bovenlijf van Rozette en rank, luchtig, tot een plotselinge verjonging van de atmosfeer der kamer, tripte zij binnen, wat vreemd hier en daarom niet in alle jeugdvermetelheid van het binnenstormen bij vriendinnetjes, maar toch te zeer aan den kring verwant, om niet gemakkelijk lachend naar Oome les te gaan, ongeduldig achter haar zwart-afruggende moeder aan, slank wit, vlug, en ros-sig-blond: een menschelijke bouquet. De jongens kregen klitten in hun keel: ’t was niks, een eigen nicht, maar ’t was toch maar altijd weer even raar, je wist toch dadelijk zoo niet, wa’j wel zeggen moest!.... Jette begon al te presenteeren, zoeten drank, een glas wijn, gebak, en ze begon over den prachtigen ruiker, waar de jongens dan maar over doorspraken: zij, Rozette, had ze zeker gekozen. Het meisje lachte wat, zei wat, bleef hij de jongens zitten, speelde met haar parasolletje, wiegelde met de bruine schoenvoetjes; zacht brandde zij haar jeugd-wit in hun donkere, schuwterugdui-kende mannengrofheid. Maar dadelijk achter haar traden de ouwe Izak Rosenstein en zijn heide zoons: met hun zwarte koopmanswezens, bedekten zij voor goed haar fijne witheid

69

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.