wijderd. Van onderop de geest van het Socialisme. Ingesteld op onvermijdelijke ineenstorting van de geld-wereld. Verzet tegen de gevaren van de oudere taktiek. Geen hervormingen onder het kapitalisme: misleiding. Geen heil voor het volk zonder opruiming van de oude Levens-orde. Geen politieke worsteling met burgerlijke machten tot steeds verder eisch-verzachting, doel-verloochening, afstand-verdoeze-ling; ontijdige tevredenheden. Woede tegen dat lokken met propaganda en pers, van on-proletarische massa’s. Versterkten de getals-macht. Moesten naar de oogen gezien. Namen den geest der Oude Beweging in bezit. Dreven tot arbeiders-vijandigheid. Steeds uitgedijder macht daar; rechts. Betaalde leiders in allerlei vorm. Inkomen boven arbeidersloon; burgerlijke mogelijkheden binden weinig span-krach-tige bestuurders aan plaatsen die om nieuwe bezetting vragen. Vervreemding van den proletarischen nood en zijn onverbiddellijkheid.
Strijd van die mededingers naar de sympathie van het proletariaat: men verstond elkaar niet meer. We-derzijdsche verachting, haat, verdachtmaking, verbittering.
Een zwakke linkervleugel van de oude partij daartusschen. Weifelend. Vuisten ballen naar de uiterst-rechtsche daden van de oude leiding. Tegen de communisten fel. In het vage met de positieve doel-stelling. In het negatieve, den aanval op het kapitalisme: een prikkel voor de eigen partij. Steeds weer teruggezogen naar het behoudende middel