„’t Is hèm, ’t is Tak”, zei Dina een beetje geschrokken. Marie bloosde toch. Mocht hij zoo vrij zijn? Dina bleef uit de kamer. Piet Woudenberg knikte. Wilde opstaan. Het ging Marie aan het hart. Nu ze met hem naar Rusland zou. Zij had Piet hierbij nog noodig. Tak had hem één keer bij Louw ontmoet. Onderging nu meteen de ontmoediging van medeminnaar’s nabijheid, bij Marie’s verzoek aan Piet te blijven zitten. Piet wilde niet. Het waren zijn zaken niet. Als Tak met haar te praten
had____„Het kan mij per slot niks schelen wie der-
bij is”, dee Gerrit flink. Schoone kleeren. Heldere glansboord tegen rosé kin. „Hoef niet lang te praten ook. Ik dacht dat je dadelijk weerom zou komen. Maar dat heb je niet gedaan. Het is nou toch zeker mooi geweest, niet? Je zal het me niet kwalijk nemen, maar als ik het kwalificeeren moet, nou dan zeg ik gewoon het is een snotneuzestreek. Dat mag geen parlementair woord wezen op je trouwdag. Niettemin is het zoo. En nou verzoek ik je, je verdere visites tot nader orde uit te stellen en nou eindelijk mee te gaan. En wel liefst op staande voet. Ik heb een taxi bij me”.
Piet Woudenberg kon zijn glimlach geen baas. Er klonk iets opgeblazens in Tak’s toon. Een zekere moeite om zich te doen gelden met leiders- en ge-zinsvaders-gezag. Opvoeders-, kostwinners-gezag. On-eigen. Te hulp geroepen van straffende vader’s, onderwijzers. Versterkt door vergaderingsbewust-zijn. Zonder innerlijke zekerheid.