Pakkettenrapport Rode Kruis

64

Op de ie afdeling van het Informatiebureau van het N.R.K. was werkzaam mevr. Ross—Regeur, wier man in Duitsland gevangen zat. Buiten het Rode Kruisverband om werden door haar in de loop der jaren zoveel mogelijk adressen van politieke gevangenen verzameld en verwerkt, zodat zij langzamerhand beschikte over een dossier van circa 6000 namen. In Mei 1943 werd de gelegenheid geschapen lijsten met namen via „ondergrondse” kanalen naar Genève te brengen, zodat het C.I.C.R. in de gelegenheid werd gesteld deze politieke gevangenen vanuit Zwitserland te voorzien; de eerste gegevens werden in Augustus 1943 overgebracht. Mevrouw Ross werd in Februari 1944 overgeplaatst naar de 5e afdeling van het Informatiebureau en te werk gesteld op de sectie Politieke gevangenen, waar zij haar privé-werk als officiële Rode Kruis-arbeid kon voortzetten en uitbreiden.

Aangezien mevr. Ie Cosquino de Bussy te Amsterdam, Ds. Hylkema aldaar en in Augustus 1944 ook de samenwerkende protestantse kerken in Nederland (I.K.O.) kanalen hadden gevonden om aan de politieke gevangenen in Duitsland regelmatig levensmiddelen te doen toekomen, werd door hen — met goedvinden van het N.R.K. — dankbaar gebruik gemaakt van de lijsten van mevr. Ross.

Wat het binnenland betreft dient tenslotte nog vermeld te worden, door het N.R.K. in het kamp te Amersfoort (evenals in Vught reeds was geschied) een ziekenhuis van 400 bedden zou worden gebouwd. Van het Departement van Binnenlandse Zaken werd daartoe een subsidie van ƒ 300.000 ontvangen. Door de snelle opmars der geallieerden werden deze plannen, waarvoor tekeningen reeds waren gemaakt, niet meer uitgevoerd.

’s-Gravenhage, 7 Augustus 1945.

Bijlage 10.

Verklaring van' mevr. N. Ross—Regeur (’s-Gravenhage) over haar hulpactie gedurende de oorlogsjaren (2e commissievergadering op 7 December 1945).

Mevrouw Ross—Regeur rapporteert vervolgens, hoe haar echtgenoot gearresteerd en ter dood werd veroordeeld, gratie kreeg en naar een concentratiekamp in Duitsland werd overgebracht. Zij was werkzaam op het Informatiebureau van het N.R.K. en kreeg in Mei 1943 •— naar aanleiding van in Denemarken verkrijgbare insuline — contact met de gedelegeerde van het Comité International de la Croix-Rouge te Berlijn, de heer Jean Friedrich, die ons land bezocht.

Mevrouw Ross wist hem een lijst met 60 namen van politieke gevangenen te verschaffen en deed de toezegging, dat zij in haar vrije tijd meerdere gegevens zou verzamelen en deze naar Zwitserland zou doen overbrengen. In September 1943 nam de heer Mr. W. E. A. de Graaf (Philips) de eerste lijsten, vermeldende 1200 namen, mede naar Genève en bracht deze veilig over. Tot September 1944 werd op deze wijze doorgewerkt en werden in totaal de gegevens van 5163 politieke gevangenen in handen van het C.I.C.R. gespeeld.