153
was, deed in 1858 de eerste Jood, Lionel de Rothschild, zijn intrede in het Parlement. Gaandeweg werden nu ook alle ambten voor hen opengesteld en hiermede was ook in Engeland de volledige gelijkstelling verkregen.
Italië. In Italië hadden de Joden gedurende de 17de en 18de eeuw veel te lijden van de onverdraagzaamheid der Katholieke bevolking. Hun toestand verbeterde, toen Napoleon een groot deel van het land aan het Fransche keizerrijk hechtte. Nauwelijks evenwel was het rijk van Napoleon ineengestort en Italië weder in tal van kleine staten verdeeld, of de oude Jodenhaat vlamde weder op. Vooral in den Kerkdijken Staat, waar de paus den scepter zwaaide, hadden de Joden het hard te verantwoorden. Zij werden weder terujf-gedrongen naar het Ghetto en verplicht tot het aanhooren van Christelijke predikatiën. Een droevig bewijs van de tirannie der Katholieke Kerk ondervond de Joodsche familie Mortara te Bologna. In Juni 1858 werd, terwijl de vader afwezig was, het huis overvallen door pauselijke gerechts-dienaren, die het vierjarig zoontje Edgard kwamen opeischen. Het kind was, zooals zij zeiden, door de dienstbode in het geheim gedoopt en behoorde dus aan de Kerk. Hoe de rade-looze moeder ook smeekte, niets hielp; de knaap werd met geweld medegevoerd, naar Rome gebracht en daar later tot Katholiek priester opgeleid. Niet alleen de Joden, het geheele beschaafde Europa verzette zich met kracht tegen deze op kinderroof gelijkende daad, doch de Kerk bleef doof voor alle vertoogen en liet het knaapje niet vrij. Het behoeft geen betoog, dat in een land, waar zulke dingen konden gebeuren, de toestand der Joden alles te wenschen overliet en zij naar verbetering smachtten. Het jaar 1870 bracht hun de lang gehoopte verlossing. In September drong een Italiaansch leger Rome binnen, de paus verloor zijn wereldlijke macht en Italië werd één koninkrijk onder Victor Emanuel. Eindelijk