Twee weken bedelaar

Titel
Twee weken bedelaar

Jaar
1900

Pagina's
178



6o

er zelf iets toe bij, om uw leven gelukkiger te doorleven. En als gij meent door uw talenten en door uw arbeid ü een grooter deel van den disch te hebben verworven, vraag dan u zelf eens af, of die talenten en die wil en kracht tot werken niet zelve gaven zijn, u toegeworpen zonder uw toedoen.

Gij hebt het in uw leven vaak gezien, hoe spoedig gij zelf zoudt kunnen vallen van uw maatschappelijk standpunt. Gij zijt er niet zeker van, of uw kinderen, thans welverzorgd en hoopvol om u heen, of die kinderen niet eens zullen komen tot die hel op aarde, welke stoffelijke armoede heet, de bron van ziekte, hardvochtigheid, grofheid, verwaarloozing en misdaad. En zoudt gij dan het werk der sociale hervorming in den weg blijven staan door uw onverschilligheid, uw gebrek aan hulpvaardigheid, uw tegenwerking door lakschheid ?

Neen, zij verdrinken zich niet. Het aantal zelfmoorden wegens gebrek is juist onder de in armoede grootgebrachte bevolking zeer gering. Maar zij verkwijnen langzaam, als een plant, die te weinig water krijgt. Zij verschrompelen, zij teren weg.

En indien gij er maar bewust van wilt worden, dat door de omstandigheden buiten uw toedoen alléén gij niet zijt als zij, indien gij maar eens tot dat hooge gevoel, dien échten en schoonen Trots kondt komen, dat gij ten slotte de gelijke zijt van den allerellendigste en allerarmste, dan zoudt gij niet langer dralen met mede te helpen aan het tot stand komen van wetten en reglementen, die aan de meeste misstanden een einde maakten.

Want in een klein land met ruim vier millioen inwoners en een maatschappelijk kapitaal van ruim 600 millioen gulden, behoeft de ellende geenszins zoo nijpend te zijn, als zij in Nederland is.

„’k Zou graag is gaan baaie,” zei Jantje.

„Nu, ik zal wel wachten.”

„Nee, ’t gaat toch niet. Mijn schoenen zijn stuk en als ik ze uit heb gedaan, kan ik ze niet meer aan krijgen.”

Ik keek naar de schoenen van ’t kind. Zij waren terzijde opengescheurd en hij moest kletsnatte voeten hebben.

„Heb je geen natte voeten ?”

„Ja, maar als ik thuis kom, zal ik ze wel drogen bij de kachel. Waar zou ik nou komen,” zei Jantje naar de zee starend, „als ik nou op de zee ging in een schuitje en dan maar altijd verder ging varen ?”

„In Engeland.”

„En dan, nog maar altijd verder?”

„In Amerika.”

„En dan nog altijd, altijd verder? Zou ik dan nooit aan de zon komen ?”

„Wel nee, Jantje. De aarde is rond en je zou, als je altijd maar verder ging, weer op dezelfde plaats terechtkomen, van waar je was weggegaan.”

„Is de aarde rond ?”

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.