het Theresienstadt van Nederland. Het is nog zo ver niet, maar het perspectief is interessant. Wat ze met die groep uiteindelijk zullen doen, weet men niet; maar ze blijft voorlopig nog hier. Intussen is het transport naar Theresienstadt opgeschort, voorlopig tot donderdag of vrijdag. Niemand weet precies waarom, maar naar men vermoedt, omdat er niet genoeg ‘transportmateriaal’ is en omdat men overwegen wil, welke lijst in aanmerking komt om te ‘platzen’. Kinderpraat, want van nu tot dinsdag kunnen de autoriteiten hun schikkingen treffen. Er schuilt vast wat anders achter. Misschien gaat er wel helemaal geen transport voorlopig.
zondag 20 februari Vanmorgen groente gehaald. Drie kwartier in ijskoud weer voor de Kantine gewacht, daarna bonnetje gehaald in de Kantine, vervolgens wederom in snijdende oostenwind voor wagen gewacht om groente in ontvangst te nemen, die ons werd toegesmeten. Portugezen vanochtend voor Obersturmführer en Duitse medische autoriteiten in barak 83 verschenen. Elke familiegroep moest afzonderlijk voorkomen en werd bekeken door de heren autoriteiten, die aantekeningen maakten omtrent hun bevindingen. Blijkbaar een pleximatieve schedelmeting. In de namiddag moesten de Portugezen bij de Antragstelle in barak 34 verschijnen, waar beambten hun de vraag stelden of grootouders, ouders, zijzelf of kinderen gemengd-gehuwd waren.
Een leuk spelletje, er zit voor de Portugezen een beslissing omtrent hun ras-status in het vat. Grappenmakers zeggen, dat de Portugezen thans officieel mesjogge zijn verklaard. Een ander grapje heeft zich vandaag af gespeeld in barak 85, onder de Barnevelders. Overeenkomstig aankondiging verscheen de Ostu, niet om half zes, zoals hij had doen weten, maar eerst om half negen. De Barnevelders hadden de gehele dag gepoetst en geschrobd om behoorlijk voor de dag te komen, en hun bagage netjes op hun bedden gedeponeerd. De Obersturmführer verscheen in vol ornaat, gevolgd door Schlesinger, Todtmann, Mozes, het hoofd van de Barackenverwaltung, Stein, Grüneberg en andere grootheden. De Ostu deed hier en daar een greep. Een bekend kenner van Aziatische kunst liet hij een koffer openmaken, grabbelde wat door het vuile wasgoed en haalde een paar vuile schoenen te voorschijn. ‘So etwas bei einem gebildeten Menschen! Na!’ ‘Pardon, diese Schuhe gehören meiner Frau.’ ‘Dann haben Sie eine schmierige Frau.’ Bij een ander, bij wie hij vier kostuums vond, plaatste hij ironisch het advies: ‘Sie sollen sich bei der Kleiderkammer ein fünftes holen.’ Intussen nam hij er een in beslag, benevens een overjas en een paar schoenen. Zo ging het hier en daar.
De commandant was zeer schneidig. Resultaat van de inspectie: weg met alle dozen, een ieder niet meer dan een rugzak en een koffer; twee stel ondergoed van alles, twee kostuums voor de heren is het
292