96
daarom met belangstelling uitzien naar de nieuwe thema’s, die het officieel tooneel ter behandeling worden toevertrouwd. Welke nieuwe bezettting het zal putten uit het politiek-econo-misch gebeuren. Of is men het tijdstip genaderd, dat het Russisch tooneel grooter vrijheid van beweging zal worden gelaten? Een aanwijzing in deze richting zou men kunnen zien in het feit, dat nu echt a c t u e e 1 e stukken ontbreken — de klassieken weer naar den voorgrond komen.
Men moet gelooven, dat het Russisch tooneel zoo langzamerhand op een kritiek tijdstip is aangeland. Of dit een nadeel zal blijken, zal men moeten afwachten.
Overigens moet men niet meenen, dat het tooneel op het punt zou staan, zijn klasse-karakter af te zweren. Dit maakt een stuk als „Sirocco", dat bij Taïrof gaat, duidelijk: een vlijmscherpe caricatuur van het leven der West-Europeesche bourgeoisie, die wordt voorgesteld als de incarnatie van decadentie: matelooze onmatigheid, verfijnde verwijfdheid, seniele onbeduidendheid, beuzelachtigheid. Nu Sovjet-Rusland geen eigen bourgeoisie meer heeft om ze aan de arbeiders voor te houden als proletarisch klassebewustzijn aanwakkerende maatschappelijke antipode, is het tooneel de plaats waar zij zich van haar een voorstelling moeten maken om haar ook verder heilig te kunnen verfoeien.
De film in Rusland is in het algemeen natuurlijk gebonden aan dezelfde voorwaarden als het tooneel. Wie echter mocht meenen, dat de film bij uitsluiting grijpt in de stof der Russische samenleving, vergist zich. Naast films van Russischen oorsprong, wemelt het er van onderhoudende Amerikaansche en sentimenteele Duitsche films, die, te oordeelen naar de files voor de theaters, minstens even zooveel aantrekkingskracht oefenen als de films van Russischen oorsprong. De klasse-bewuste bolsjewist, wien deze aantrekkingskracht begrijpelijk een doorn in het oog is, wijt de aanwezigheid van de „burgerlijke" buitenlandsche films aan het feit, dat de Russische studio’s niet tegen de behoeften zijn opgewassen. Misschien is dit ook wel zoo, want de voortdurende voorziening van het volk met films van staatswege, is een reusachtige taak, maar de onvervalschte belangstelling voor de buitenlandsche film bestaat overtuigend. En dat wel zeer treffend te Moskou, het hart van het bolsjewisme.
Evenals het tooneel, brengen ook de bioscopen nog wel