DE ARABISCH FELLAH.
en den pachter, gaat in zweet en laat hem aan den rand van de nooddruft. Hij verbouwt koren en gerst in den winter, doerra en sesam in den zomer. Het dagelijksch voedsel van den fellah is uiterst sober, voegt zich in beginsel naar de klimaats- en bodemvoorwaarden, doch dat neemt niet weg dat hij van zijn inkomsten slechts minimaal kan leven. Zijn stapelvoedsel is p i 11 ha, een baksel van ongezuurd brood, dat hij iederen dag bakt. Een paar pittahs met uien of radijsjes of olijven vormen zijn ontbijt en middagmaal, ’s Avonds nuttigt hij een gekookt maal, dat hij tabiach noemt en dat bestaat uit kruidachtig gewas (h o e b z a), vermengd met uien en peper, of, in het seizoen, tomatensalade met peper. Wat de fellah eet, komt bijna geheel van zijn eigen grond. De fellah nuttigt weinig vleesch. Een kameel of een os, die bezwijkt, wordt geconsumeerd door de leden van het dorp.
Omtrent de economische positie van den fellah liepen de meeningen lang uiteen. Nog niet zoo veel jaren geleden berekende de bekende econoom dr. I. Elazari—Volcani op grond van schattingen, dat den fellah op 100 doenam grond 50 pd. sterling per jaar overbleven ter bestrijding van zijn levensonderhoud. Deze som werd toereikend geacht om daarvan, bij de geringe aanspraken van den fellah en zijn familie, in hun onderhoud te voorzien. Voor den pachter moest van het bruto-inkomen nog 30 pet. als pachtrente worden afgetrokken, dat wil in het onderhavige geval zeggen: 14 pond sterling. Tegenover het minimale bedrag aan kapitaal, dat de fellah in zijn bedrijf belegd heeft, dat zou varieeren tusschen de 60 en 80 pond sterling, zou de rentabiliteit van het Arabische boerenbedrijf zeer hoog zijn geweest.
De Britsche regeering, die in het voorjaar van 1930 een uitgebreid onderzoek deed instellen, komt tot resultaten, die aan de bovengenoemde in geen enkel opzicht beantwoorden. Een fellah bleek van zijn stuk grond van ongeveer 100 doenam niet meer dan ruim 11 pond sterling netto, een pachter 3i pond ter bestrijding van zijn levensonderhoud over te houden. Aan het licht kwam, dat de fellahin per familie gemiddeld 27 pond sterling schuld hadden, waarvan zij per jaar 8 pond sterling interest moesten betalen. De achteruitgang in de graan-
ARABISCH DORP.
47