Smeltkroes van een nieuwe nationale eenheid.
TEL AVIV is voor honderd percent een Joodsche stad. Er zou slechts één niet-Jood, een gepensionneerd Engelsch ambtenaar, wonen, die in Zuid-Afrika met een kleurlinge getrouwd is en er de voorkeur aan geeft, te midden van de Joden te leven, liever dan naar Engeland terug te keeren, waar hij sociaal niet in tel zou zijn. De Joden gaan er prat op, dat de stad gebouwd is uitsluitend met Joodsch kapitaal en met Joodsche handen, en met materiaal, in Palestina zelf vervaardigd, en dat wat Tel Aviv thans is, uitsluitend aan de energie der Joden te danken is. Zij zijn vervuld van trots, die door de feiten wordt gerechtvaardigd: een door de heete zon geroosterd stuk mul zand hebben zij met de volharding van den pionier in het zilte zweet huns aanschijns tot een bloeiende en veelbelovende stad herschapen. „Wat zegt u van Tel Aviv?” — een vraag, die mij vele malen steeds weer met dezelfde gretige verwachting is gesteld en waarop inderdaad geen ander dan een prijzend antwoord mogelijk was.
Het essentieele van deze vraag is de zelfbewustheid, die erin doorstraalt. Inderdaad is het essentieele van de geheele Joodsche samenleving van Tel Aviv een krachtige zelfbewustheid, die hier, voor het eerst onbelemmerd doorbrekend, demonstratief tot uiting komt, voor den smaak van den objectieven waarnemer wellicht te sterk geaccentueerd, maar geheel begrijpelijk, wanneer hij bedenkt, dat Tel Aviv is opgebouwd grootendeels door Joden uit O o s t-Europa, uit Rusland en Polen, — door Joden, die eeuwenlang onder economischen, poli-tieken en geestelijken druk hebben geleefd en zich thans voor het eerst vrij van beperkende geestelijke banden voelen. Het is als verschijnsel treffend, op de steigers van bouwwerken jonge Joodsche metselaars en opperlieden te vinden, die zich, onder den invloed van stalenden spierarbeid, van fabrieksarbeiders veelal hebben ontwikkeld tot pootige kerels, die in gang en houding den indruk maken van geestelijk door en door gezonde, vrije mnschen.
In Tel Aviv is door alle economische schakeeringen heen het bindend cement; het Jood-zijn. Het verschil in maatschappelijke positie en functie komt hier even goed en vaak even scherp tot uiting als elders ter wereld, doch de samenleving is bezield door één sterk, dragend ideaal, met name: Palestina, in casu Tel Aviv, op te bouwen tot een stevige, onschokbare Joodsch-nationale gemeenschap. In het licht van dit ideaal wordt het verschil in maatschappelijke positie in het practische leven sterk gereduceerd, zoo mogelijk overbrugd; in den omgang tusschen dc burgers van Tel Aviv, en bij de bmordeeling van de leden der samenleving, geldt overwegend, niet: wat doet hij; doch: wat voor mensch is hij, dat wil zeggen: is hij een mensch, waar het nieuwe Palestina zich op verlaten kan? Er heerscht in vele opzichten hartelijke democratische samenwerking, welke tot uiting komt in de persoonlijke vriendschappen, die zeer vaak niet loopen langs de lijn van rang en stand.
In Tel Aviv kan men een hoogst merkwaardige kristallisatie van een nieuwe Joodsche samenleving constateeren. Tel Aviv komt ons voor als een groote 20