met tien man op een brits, maar in ledikanten, in den regel met twee man op een stroozak. Wat wel geen pretje is, maar na alle ongerief, waarmee men heeft kennisgemaakt, telt net nauwelijks mee.
In de woonblokken zija tafels en banken, zoodat een groot deel van de kampbewoners zittend kan eten.
Het laatste jaar waren ook deze woonblokken overvol, ook overvol met luizen en vlooien en heerschte over het algemeen een zeer slechte , stemming onder de gevangenen. Ik teeken hierbij aan, dat er natuurlijk uitzonderingen op den regel zijn. Ik zelf beschikte, wegens een, inmiddels hersteld, beenmankement over een eigen stroozak. Door hulp van eenige vrienden, die zelf al vier jaren van huis waren, ben ik van den aanvang af er zoo goed mogelijk doorheen geholpen. Mede daardoor bleef mij ook „transport" bespaard en had ik al spoedig betere kleeding, wat een mensch ook meer fit maakt. Ik ben er — dank zij deze vrienden — goed doorheen gekomen,
De werk-commando’s.
De gevangenen in Buchenwald moeten natuurlijk werken. Zij worden tewerkgesteld in het kamp zelf of in de bedrijven, waarvan er vele tot de oorlogsindustrie behoorden, o.m. voor het maken van onderdeelen voor de V.l, het maken van munitiewagens, geweren, onderdeelen van pantservuisten, enz. Verder'zijn er omvangrijke auto-reparatiebedrijven. Het slechtst is het werken in de steengroeven. Hier zijn in den loop der jaren duizenden gevangenen door het zware werk en de mishandelingen van de S S. vermoord.
In het kamp is een groote varkensmesterij, natuurlijk ten behoeve van de S.S.-keukens. De stallen worden ook gebruikt om Russische krijgsgevangenen met nekschoten af te maken.
In de maanden vóór de bevrijding konden de zieken, die er behoefte aan hadden, geen dieetkost krijgen. Maar toen wij de S.S.-bewaking hadden opgeruimd, vonden wij »n het magazijn van de varkensmesterij 60 balen havermout om de zwijnen te mesten.
Buchenwald verheugde zich in het bezit van een moes- en een bloementuin. Hier werden de gevangenen onder toezicht van de S.S. letterlijk afgebeuld. Zoo moesten zij met twee man zware bakken mest in den looppas versjouwen. Op dit commando heeft de S.S. er bijzonder hard op losgeranseld. Veel Hollanders, als contractbrekers uit Amersfoort naar Buchenwald vervoerd, zijn in deze „Gartnerei" onder den zweep en de hakken van de S.S.-schavuiten of van den voorman (zelf gevangene) zwaar mishandeld.
Ik zie nog voor mij, hoe een maand of zes geleden een Hollander van de
8