Kamertjeszonde

Auteur
Herman Heijermans

Geschreven onder pseudoniem
Koos Habbema

Titel
Kamertjeszonde

Jaar
1898

Druk
1899

Overig
2ed

Pagina's
439



45

„Ja da’s z’n loop!” — „Spier!” — „Alfredje!” — Ik verwonderd. — „Hé, zijn jullie daar? Waar kommen jullie vandaan ?”— „Uit De Slok. Waarom ben je niet met Karel meegekommen ?”— „Ik had iemand bij me.” — „Waar heb je gister en eergister gezeten?” — „Gewerkt.” — Pratend liep ik op met Duif en Guus. Vlak achter me hoorde ik haar met Dirk en Karel. Nou geen notitie van ’r nemen — erg hard spreken met Guus, vooral lachen. Als je vroolijk was, hinderde je nog meer.

„Alfred! Hallo! Zeg kun je ons geen goeien avond zeggen?”, schreeuwt Karel. Net iets van hem. — „Bonsoir! Bonsoir!... Goeien avond juffrouw,’’ zeg ik koeltjes.

„Dag meneer.”

„Waar heb jij gezeten?”... — Daar had je ’t alweer. Dat was driémaal.

En dan liep je ineens alléén met haar. Ze deeën ’t er 0111.

„Wat ’n lékker weer”...., zegt zij mallig-verlegen.

„Ja. Zoo zacht in de lucht” ...., zeg ik, onrustig.

„Wat loopen ’r nog ?n mènse”.. ..

„Ja. ’t Is hier altijd zoo druk” ....

Afgeloopen. ’t Gesprek stokt. Duif en Guus lachen akelig hard-op.

„U moet me niet kwalijk nemen” ....

„O nee. Da’s niks. Ik denk ’r niet meer an”....

„Ik had me — verslapen” ....

„Verslapen ?”....

„Ja, ik slaap altijd na ’t eten.”

Nou jokt ze. ’t Klopt niet met wat Karel gezegd heeft.

„Was-u niet érg kwaad?”

„Nou, dat ging nog al,” glimlach ik. — ’t Spijt me heusch.” — „Mag ik u zoover een arm geven?” — „Asjeblief.” — Weer stokt, ’t gesprek. Haar gehandschoende hand rust op mijn arm. Toch gezéllig als je met ’n vrouw loopt. — „Ben u in De Slok geweest?’, vraag ik, soezelig. — „We komen ‘r net vandaan.” — „Woon u ver hier vandaan?” — „In de Albert Cuyp.” — „Bij familie?” — „Nee bij juffrouw Bok.” — „Was dat die juffrouw van laatst?” — „Ja.” — „Hé! Daar is nog ’n slager open.” — „Da’s altijd.” — „O, is dat altijd ? Nog nooit opgemerkt.” — „Ja, die is nog om om twee uur open.” — „Zou die zoo laat nog klanten krijgen?” — „Dat denk ik wel.” „Da’s ook geen leven voor zulleke mense.” — „Nee, daar zou ik nou niet tegen kennen.” —

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.