sterve,” schudde hij de zuilen met zooveel kracht, dat het gebouw instortte. Met hem vonden meer Philistijnen hun dood onder de puinhoopen, dan hij bij zijn leven omgebracht had. Twintig jaar had hij voor zijn volk gestreden, maar niet veel verbetering in diens toestand aangebracht. De Philistijnen waren wel afgeschrikt, maar niet onschadelijk gemaakt.
HOOFDSTUK XLIX.
Het afgodsbeeld van Micha.Zagen wij in de voorgaande hoofdstukken herhaalde malen de schromelijke gevolgen van de versnippering der volkskracht en van het gemis aan een bekwaam en doortastend volksleider, dit en het volgende tafereel leeren ons, tot welken graad van ontaarding en losbandigheid deze leidden. Zij toonen ons, hoe onder Israël gedurende het tijdvak der rechters het recht versmaad, de eerbaarheid gehoond, de zedelijkheid bespot werd.
Een zekere Micha had eens van zijne moeder een aanzienlijke som gelds weggenomen, die zij voor een heilig doel bestemd had. Hij gevoelde zich bezwaard over de verwensching, door haar over den dief uitgesproken en bekende eindelijk zijne misdaad. De verblinde en bijge-loovige vrouw zonderde daarop een gedeelte van het teruggegeven geld af, waarvan zij een afgodsbeeld liet vervaardigen. Micha richtte daarvoor in zijn huis een tempel in, waarin hij buitendien nog andere huisgoden plaatste. Een zijner zonen verrichtte er den dienst, totdat toevallig een Leviet uit Beth-Léchem bij hem kwam, en zich voor kost, kleeding, inwoning en een weinig zakgeld als priester bij hem verhuurde. Hoe diep was het volk reeds gezonken, daar zelfs een Leviet zijne heilige roeping ontrouw werd en zich in de armen van het heidendom wierp!
Omstreeks dien tijd trachtte de stam Dan nog grondbezit te veroveren in het noorden van Kenacin, daar waarschijnlijk het erfdeel, dat Josua hem aangewezen had, niet voldoende was. De Danieten zonden vooraf vijf mannen uit, om de noordelijke stad Lajis of Lésem te verspieden. Op hunne reis kwamen zij in het gebergte Ephraïm, waar Micha woonde. Zij namen bij hem hun intrek en raadpleegden den Leviet, dien zij reeds van vroeger kenden, over den afloop hunner onderneming. Hij gaf hun een gunstig antwoord, waarop zij hun tocht voortzetten, om