Geschiedenis van het volk Israël

Titel
Geschiedenis van het volk Israël

Jaar
1891

Pagina's
200



33

de steden Pithom en Raamses bouwen. Buitendien bezigde men hen tot allerlei zwaren veldarbeid en dreef hen onder geeselslagen tot moeielijke diensten aan. Toen dit echter niets baatte en zij, niettegenstaande hun slavendienst ver-bazend in getalsterkte toenamen, bedacht de wreede vorst een ander middel. Hij gebood den. Hebreeuwschen vroed-vrouwen, de knaapjes reeds bij hunne geboorte te dooden. Zij volgden echter dit onmenschelijk bevel niet op, waarop Pharao gebood, dat de ouders zelven iederen pasgeboren zoon in den Nijl moesten verdrinken. Zoodoende hoopte hij, het volk, zoowel naar lichaam als naar geest te ver-zwakken en van zijn beste krachten te berooven.

In dien bangen tijd werd uit het huwelijk van Am ram en Jochébed, beiden uit den stam Lcvic, een zoon geboren, door God bestemd, om Israël uit het slavenland te verlos-sen. De ouders hadden reeds twee kinderen, een zoon Aron en eene dochter Mirjam. Zij konden het niet van zich verkrijgen, dit kleine, onschuldige wicht aan het water prijs te geven en de moeder verborg het drie maanden in haar huis. Toen het niet langer veilig was voor Pharao's spionnen, legde zij het in een biezen kistje en zette dit aan den oever van den Nijl. Uit bezorgdheid voor haar dier-baar kind plaatste zij Mirjam op eenigen afstand, om te zien, wat er mede gebeuren zou. Het duurde niet lang, of Pharao's dochter toog, vergezeld van hare hofdames, naar de rivier, om zich te baden en bemerkte het kistje. Zij liet het halen, opende het en vond er een schreiend knaapje in. »Het is zeker een kind der Hebreérszeide' zij vol medelijden. Zoodra Mirjam merkte, dat de prinses zich om haar broertje ontfermde, kwam zij aanloopen en vroeg haar, of zij eene Hebreeuwsche min zou gaan halen. Dit werd haar toegestaan en zij ritp hare moeder. Zoo gaf de prinses onbewust het kind aan zijne moeder ter op-voeding terug. Na verloop van eenige jaren bracht deze het aan de prinses terug, van wie het den naam Moses ’) ontving en aan wier hof het zijne verdere ontwikkeling en opvoeding zou voltooien.

HOOFDSTUK XXII.

Dfozes aan Pharao’s hof en zijne vlucht naar Hidjan.

Mozes' ouders hadden niet alleen voor de lichamelijke

*) משה (van מיטה uittrekken).

Mon. Gcsch. I, :1

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.