Trammelant met de familie

Titel
Trammelant met de familie

Jaar
1969

Overig
Bundel verhalen

Pagina's
206



mutsje. Ik zou jou mijn sneeuwmannetje gegeven hebben, als ik je er maar een beetje aan het lachen mee kon krijgen. ‘Dag, kleintje, ik kom misschien erg in de penarie te zitten.’ En weer ging ik op mijn tenen weg, langs het stille moede kindje en de statige infantes, waarbij ik toch weer twijfelde, of die mijn sneeuwmannetje wel deftig en kostbaar genoeg zouden vinden, om er jaloers op te zijn.

Toen de heer d’Hersigny me naar juffrouw Fietje terugbracht, kwamen we mijn oom Louis tegen. Dit onaangename familielid nam overdreven beleefd zijn hoed van zijn naar gezicht en bleef ons nieuwsgierig nakijken. Het was halfdrie op een door-de-weekse schooldag en de tweede dag van mijn vrijheid.

De dag daarop stond ik met een schatrijke mevrouw over de drievijfenzeventig muziek-pierrot te onderhandelen en de lieve, licht weemoedige klanken van ‘Noch sind die Tage der Rosen’ trilden dun en glashelder door de feestelijkheid van het winkeltje. Tegen het venster geplakt echter ontwaarde ik ineens, in plaats van de vertrouwde goede gezichten der gelijkgezinden, het glurend grijnzende van mijn oom Louis. Ik legde de zilveren pierrot op de toonbank, zodat het lied tot verbazing van de weelde-dame schril afbrak en ging in fatalistische verstarring het rosé schemerende achterdomein bij juffrouw Fietje binnen. Die zong te midden van koffie- en specu-laasgeur tevreden het laatste en derde couplet van Zwer-verslot:

45

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.