zal ik thans doen? Om Uw wil te volbrengen, heb ik heel mijn leven goede daden verricht en thans ben ik arm geworden. Wat zal ik hiertegen doen?
Ik zal het deemoedig aannemen van Hem, wiens Naam eeuwig geprezen zij. Want Hij, wiens Naam geloofd zij, doet geen onrecht. Wie weet, waaraan ik dit verdiend heb.
En hij dacht: Waarom zou ik het algemeen bekend maken, dat ik arm geworden ben? Wellicht zijn er nog lieden, die mij dit gunnen. Beter is het, dat ik in het geheim wegga van hier, zoodat niemand wete, waar ik mij bevind.
En hij liet zijn beste leerlingen bij zich komen en sprak tot hen:
— Lieve Bachoerim, gij weet, dat ik tot nu toe u welwillend behandeld heb; ik voorzag in uw levensonderhoud en liet u studeeren zonder zorg. Thans moet ik u een geheim toevertrouwen. Want ik hoop, dat gij mij zult behandelen, gelijk ik mij tegenover u heb gedragen.
En de leerlingen antwoordden eenparig:
— Geëerbiedigde Rabbi, zeg ons uw geheim. Wij zullen het bewaren en u ter zijde staan, zoolang wij leven.
Toen vertelde de Raaw hun, dat hij vertrekken moest, daar hij zeer arm was geworden. En hij
86