Melodieën der stilte

Titel
Melodieën der stilte

Jaar
1939

Pagina's
44



MOZES. - DE WETGEVING.

Al slingren stormen om mij kenen Een zoete rust druipt op mijn kart:

Dit is de dag van eeuw’ge Vrede ;

Een mackt’ge dag van Vreugd en Lickt. Er ruiseken englen om mij kenen Zij zingen kun éénstemmig lied,

Zij zaaien Vrede met kun vleug’len En strooien vreugde op ket Zijn.

Mijn God, Gij kekt mijn lip geslagen Toen ik nog was in ’t Moederlijf.

Gij kekt mij mijn verstand ontnomen Voor Gij mij nederzette: naakt.

Gij kekt mij wijskeid doen vergeten En krackt mij in een distelveld.

Gij kekt mij als een worm vernederd, Doek op mijn koofd een kroon geplaatst.

Een trilling deed de Aarde zwijgen.

Een licktflits vol van keiligkeid Deed toen ket Volk in ootmoed kuigen Uw grootkeid straalde op kun ziel.

De donder sloeg; ik viel in ’t stof;

Want toen Gij van den Berg verkondde: „Ik ben de Eeuw’ge, Ik Uw God ”,

Geleek Uw stem een wervelwind.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.