Joodse godsdienstleer voor de jeugd

lijdster onzes dierbaren Jodendoms heeft te handelen en op te treden, dat moeten zij zelf met het licht hunner gemoedelijke leering, met de macht hunner ernstige vermaning, maar bovenal met den onweerataanbarendrang van hun éigen indrukwekkend voorbeeld’.

Wat overigens het thans verschijnende werk betreft, het is nit den aard der zaak nit onze erkende onde godsdienstbronnen geput, waarbij echter — het zij met oprechte waardeering vermeld — op menige plaats met vrncht gebruik gemaakt is van het uitmuntende werk עמודי הטלה ^van L. Stern, Frankfurt a. M., 1886. Om zooveel mo-gelyk rekening te houden met de verschillende graden van ontwikkeling bij de leerlingen, is het gesplitst in drie cursussen, die elkander achter-eenvolgens aanvullen, zoodat de kennis van den eersten cursus noodzakelijk aan de beoefening van den tweeden en die van den tweeden weder aan de beoefening van den derden moet voorafgaan.

Daar herhaalde opmerkingen over verschil van ritus in een leer-boek voor de jeugd bizonder storend zijn voor den samenhang, zoo is doorgaans de Hoogduitsche ritus gevolgd. Bij gebruik van het werk door Portug. Israël, leerlingen dient dus wel hierop gelet te worden.

Wij rfuiten dit voorwoord met den diepgevoelden wensch: •Moge de straal van Gods heerlijkheid op het door ons ver-richte werk nederdalen! יהי רצון שתשרה שכינה במעשה ידינו•